
De drie staten van ons zenuwstelsel
Veel mensen zijn wel bekend met de termen figh/flight en freeze. Deze termen verwijzen naar reactiepatronen op het moment dat er een situatie plaatsvindt die voor iemand gevaarlijk, heftig of intens is. En eigenlijk is het mooi dat deze termen al bekend zijn. Want daardoor weet jij al dat de manier waarop jij reageert, te maken heeft met een reactie op iets uit jouw omgeving. Het is niet wie je bent, maar het verwijst naar een bepaalde staat waarin je op dat moment zit. Of waarin je op dat moment inschiet
De polyvagaal theorie
Vanuit de polyvagaal theorie wordt er gesproken van drie verschillende staten. En elke staat heeft als het ware zijn eigen set aan overtuigingen, gedachten, gedragingen en emoties. Ikzelf vind het prettig om deze staten te zien als chauffeurs die in mijn bus rijden. Of als een jas die ik soms aan heb. Vanuit deze denkwijze lukt het mij namelijk om te observeren wat er gebeurd en kan ik veranderingen aanbrengen in de keuzes die ik maak. Hierover deelde ik in mijn inspiratiemail al een persoonlijk voorbeeld.
Hoe zien de staten er dan precies uit?
De eerste staat is de ventrale staat. In deze staat bevinden we ons, als we geen gevaar waarnemen. Wanneer we voldoende of vaak genoeg in deze staat zijn, kunnen we vriendschappen onderhouden, relaties aangaan en keuzes maken die ons op de lange termijn vooruit helpen. In deze staat “zijn” we gewoon. We kunnen ons focussen op de mensen om ons heen. En daarbij zijn we niet bezig met het vergelijken van onszelf ten opzichte van anderen of oordelen. Samen vormen we een geheel en iedereen is oké en hetzelfde. We steunen en helpen elkaar. De ventrale vagus vertraagt ons lichaam om in de normale rustige staat te komen op het moment dat er geen gevaar is.
Wat je kan merken in deze staat is dat je ademhaling rustig is. Je voelt je ook rustig en kalm. En er zijn geen signaal van gevaar. De emoties die overheersen zijn o.a. liefde en dankbaarheid. Je denkt positief en hebt er zin in. Je kan je verbinden met de mensen om je geen.
Als tweede hebben we de sympathische staat. Deze staat wordt opgewekt op het moment dat er gevaar is of wanneer je in actie moet komen. Hierbij heb je als het ware twee smaakjes. Vechten of vluchten. Dit is een staat waarin we acties kiezen die vooral op de korte termijn ons in veiligheid of rust brengen.
De adrenaline die vrijkomt in deze staat gaat in het geval van fight naar je klaar maken om te vechten en de confrontatie aan te gaan. Je lichaam signaleert gevaar en er is veel energie beschikbaar. Er kunnen ook veel spanningen in het lichaam/de spieren gevoeld worden. Emoties zoals woede en boosheid spelen hier een rol. En je gedachten zullen vrij zwart zit zijn (ik moet, ik heb geen keus, ik heb geen tijd). Qua gedrag kun je veeleisend zijn. de controle willen pakken en dingen (te) snel doen.
De adrenaline die vrijkomt als het gaat om flight, oftewel vluchten of vermijden, is gericht op genoeg energie hebben om jezelf uit de situatie te verwijderen. We koppelen ons los van de trigger, ook als dit betekent dat we ons los koppelen van onze emoties en de mensen om ons heen. Je kan je rusteloos voelen in deze staat, en je kan het lastig vinden om op één plek te blijven. Qua emoties kun je bijvoorbeeld irritatie voelen of paniek. En je gedachten kunnen ook ontwijkend zijn (dat komt later wel, het ligt niet aan mij).
De derde staat is de dorsale staat. In deze staat kom je letterlijk tot stilstand en bevries je. Deze staat is bedoeld om energie te besparen op het moment dat je niet kan ontspannen aan het gevaar. Het bereid je voor op een ernstige situatie of het zorgt ervoor dat je energie bewaard voor het moment dat je uit de situatie kan ontsnappen.
Kenmerken van deze staat zijn o.a. geen energie voelen en moeite om aan projecten te beginnen. Emoties zijn bijvoorbeeld schuld, schaamte of machteloosheid. Je gedachtes zijn remmend. Denk aan gedachten als ‘ik kan het toch niet’, ‘ik heb hier geen energie voor’ of ‘dit is niet voor mij weggelegd’. En je zal je dus ook vooral terugtrekken of terughoudend opstellen.

Welke herken jij?
Wat mega interessant is om voor jezelf te onderzoeken welke staat je nu het meeste herkent. Want iedereen heeft een dominante staat. De staat waarin jij je het meeste in bevindt. Idealiter is dat natuurlijk de ventrale staat. Maar in de praktijk zie ik dat veel mensen ook erg bekend zijn met de sympatische of dorsale staat. Juist omdat de maatschappij soms veeleisend kan zijn en er eigenlijk nooit GEEN prikkels zijn, worden deze staten makkelijk uitgelokt.
Het nut van deze staten
Omdat ons brein nog altijd gericht is op overleven heeft elke staat daar zijn unieke bijdrage aan. Elke staat zorgt ervoor dat we op korte of lange termijn veilig zijn, wat nodig is om als ‘soort’ overeind te blijven. Deze overlevingsmechanismen zullen dus veelal op de automatische piloot aangaan. Het nut ligt dus vooral in overleven. Maar de staten brengen ook belemmeringen met zich mee op de lange termijn. Dit is vaak de reden waarom mensen uiteindelijk om hulp vragen. Nu jij weet dat elke staat bijdraagt aan overleven op het moment dat er gevaar is, kun jij ook actief gaan beoordelen of dat er daadwerkelijk gevaar is. Of dat het als het ware vals alarm is. En ons hoofd ons iets wijsmaakt wat niet klopt. Iets wat we neuroceptie noemen. Ik kom hier in een later blog nog op terug.
Jij BENT niet de staat, je observeert
Wil je hier actief mee aan de slag? Monitor je gedragingen en gedachten eens een tijdje. Je kan dan ontdekken welke staten het meeste voorkomen. En door dit te observeren kun je na verloop van tijd andere keuzes maken.
Want onthoud je BENT niet je staat. Je kan altijd andere keuzes maken. Zeker als blijkt dat er geen daadwerkelijk gevaar aanwezig is
Ben jij een NEI therapeut en wil jij jouw cliënten hierbij helpen? Volg dan de workshop NEI en het zenuwstelsel. Meer informatie daarover vindt je op DEZE pagina.